Suïcidaliteit: betrek ik mijn naasten wel of niet?

Abstract:

Aanleiding:
In de richtlijnen voor behandeling van suïcidaal gedrag wordt geadviseerd om naasten te betrekken bij de behandeling van suïcidaliteit. In de praktijk blijkt echter dat patiënten hier niet altijd toestemming voor geven. Dit heeft gevolgen voor de behandeling, er ontbreekt vaak waardevolle informatie, die alleen naasten kunnen verstrekken. Het heeft ook gevolgen voor het contact tussen behandelaren en familie/naasten na een suïcide. Om gerichte interventies te kunnen ontwikkelen om de samenwerking tussen patiënten, naasten en behandelaren te verbeteren, is het van belang kennis te vergaren over de overwegingen van patiënten bij het wel of niet betrekken van naasten in de behandeling van suïcidaliteit.

Vraagstelling:
Welke overwegingen hebben patiënten, bij wie sprake is van suïcidaliteit, bij het wel of niet betrekken van hun naasten in het kader van suïcidepreventie?

Doel:
Met dit onderzoek wordt een bijdrage geleverd aan het ontwikkelen van interventies voor de triade, waarmee de zorg voor patiënten met suïcidale ideaties verbeterd kan worden en familieleden meer ondersteund kunnen worden. 

Methode:
Dit zal worden gedaan middels een kwalitatief onderzoek met een fenomenologisch design. Er zullen interviews worden afgenomen bij patiënten die in beeld zijn gekomen van het IHT vanwege suïcidale klachten. De analyse wordt gedaan volgens de methode van Colaizzi.

 

Samenwerking:

Eleos

In kader van:
Deelonderzoek in kader van opleiding Verpleegkundig Specialist GGZ behorend bij promotieonderzoek van Christina Hennipman met de titel: ‘Steun door en voor familie in de zorg voor mensen met suïcidaliteit: ontwikkeling van een pakket aan interventies voor de triade.
Duur van het onderzoek:
augustus 2024 tot april 2025
Onderzoekslijn:
Gepersonaliseerde zorg en Zelfmanagement
Status:
In uitvoering
Informatie:
Judith van olst