Bij een mentale instelling worden verschillende soorten behandelingen aangeboden die zich vooral richten op hoe de cliënt het beste kan omgaan met de bestaande klachten. Daarnaast is het ook belangrijk dat de cliënt wordt geholpen met hoe kan worden omgegaan met het mentale welzijn en persoonlijk herstel. Een veelbelovende behandeling is ontwikkeld door de Universiteit Twente, genaamd: Goed leven met een psychische aandoening. Deze behandeling richt zich op het mentaal welbevinden, persoonlijk herstel en leren omgaan met hoe bestaande klachten een waardevolle aanvulling kunnen zijn voor mensen met een blijvende psychische aandoening.
Alle Onderzoeken & Publicaties van Kraiss, J.T.
Onderzoek
Aanleiding:
Bipolaire stoornis (BS) wordt gekenmerkt door terugkerende depressieve, (hypo)manische of gemengde episoden, die afwisselen met fases waarin patiënten relatief vrij zijn van symptomen (euthymische fase). BS verschijnt vaak tijdens de adolescentie of jonge volwassenheid. De prevalentie wordt in Nederland op 1,3% geschat. De economische belasting werd geschat op 151 miljard dollars per jaar in de Verenigde Staten. BS leidt tot grote persoonlijke belasting, voor zowel patiënten als ook hun naasten. Het verloop van BS verschilt sterk en is afhankelijk van zowel individuele factoren als ook de duur, frequentie en het patroon van manische danwel depressieve episoden. Behandeling tijdens de euthymische fase richt zich primair op ondersteunende behandelingen en self-management strategieën (bv. het bijhouden van een stemmingsregistratiekaart) met het doel de stemming op de lange termijn te stabiliseren en dagelijks functioneren te verbeteren. Echter houdt herstel meer in dan symptomatisch en functioneel herstel. Een belangrijke component van herstel is persoonlijk herstel. Omdat de focus van de huidige gebruikelijke zorg (GZ) op het herstellen van symptomatisch en functioneel herstel ligt, wordt er vaak niet aan de behoeftes aan persoonlijk herstel van patiënten met BS voldaan. In dit onderzoek wordt een positief psychologische interventie gericht op het bevorderen van persoonlijk herstel onderzocht. De hypothese luidt: In vergelijking met GZ is de interventie in aanvulling op GZ effectiever in het verbeteren van welbevinden, depressieve symptomen, en terugval in acute episoden.
Publicatie
Kraiss, J.T., Peter, M., Chrispijn, M., Trompetter, H.R., Stevens, A.W., Neutel, E. ... Bohlmeijer, E.T. (2018). BMC Psychiatry, 18(1), 335.
Geerling, B., Kraiss, J.T., Kelders,S.M., Stevens, A.W.M.M., Kupka, R.W. & E.T. Bohlmeijer. APA 2018, New York, mei 2018 (poster).
Geerling, B., Kraiss, J.T., Kelders,S.M., Stevens, A.W.M.M., Kupka, R.W. & E.T. Bohlmeijer. APA 2018, New York, mei 2018 (poster).