De VR-toepassing ‘Triggers en Helpers’, ontwikkeld door en voor patiënten en behandelaren in de forensische zorg, biedt mogelijkheden om triggers (acuut-dynamische risicofactoren) en helpers (coping vaardigheden) van patiënten te identificeren en te oefenen in een veilige, realistische en controleerbare omgeving. Tijdens VR sessies kunnen patiënten door virtuele omgevingen lopen, zoals een winkelstraat. Bovendien kunnen ze een virtueel rollenspel doen door middel van een stem-vervormende microfoon die gebruikt wordt door de therapeut. Er is een uitgebreid scala aan mogelijkheden om een gepersonaliseerd VR scenario te ontwikkelen en meer en meer behandelaren worden getraind in het gebruik van VR.
Echter weten we nog weinig over het patiëntperspectief bij het gebruik van VR in een behandeling.
Het doel van dit onderzoek is in kaart brengen wat de eerste ervaringen van patiënten zijn met het gebruik van VR. De resultaten van dit onderzoek kunnen we meenemen in de inbedding van de VR toepassing ‘Triggers en Helpers’ in de behandeling.
De methode die we toepassen zijn korte gebruikerstesten (ongeveer 15 minuten) waarbij patiënten blootgesteld worden aan neutrale situaties in VR. De test bestaat uit 3 opbouwende stappen die plaatsvinden in VR en een kort interview over hun eerste ervaringen achteraf. Tijdens de gebruikerstest wordt de hartritme variabiliteit en huidgeleiding staat gemeten door de Empatica E4. Op deze manier kunnen we het stresslevel van de patiënt monitoren. Daarnaast wordt de patiënt regelmatig gevraagd naar het spanningslevel en ervaringen. Achteraf vult de patiënt de AASP in. Deze vragenlijst meet het effect van sensorische prikkelverwerking op het dagelijks functioneren van volwassenen.