Aanleiding:
In het kader van harmonisering van de risicotaxatie in de ambulante forensisch psychiatrische zorg is een instrument, de FARE, ontwikkeld. Dit instrument wordt momenteel onderzocht op diverse psychometrische kenmerken (zie eerder aanvraag bij CWO door Y. Bouman). In dit instrument is er voor gekozen enkel de Risico en Need principes van het RNR model voor effectieve en efficiënte zorg op te nemen. Responsiviteit is geen onderdeel van dit instrument, wel van het eerder door de Tender gebruikte instrument, de LS/CMI. ForFACT is een bijzondere vorm van ambulante forensische zorg, de doelstelling en werkwijze komt niet volledig overeen met de reguliere ambulante forensisch psychiatrische zorg. Wel wordt ook voor deze tak van ambulante zorg gebruik gemaakt van de FARE als risicotaxatie en ROM instrument. Over de samenstelling van de ForFACT populatie in termen van risiconiveau en behandelbehoeften is weinig bekend (Niemeijer et al, 2017). Van de responsiviteitsfactoren die een rol kunnen spelen in het vormgeven van de behandeling bij ForFACT patiënten is naar ons bekend helemaal niets bekend. Het huidige onderzoek maakt onderdeel uit van het FARE onderzoek, waarbij de FARE data over de ForFACT patiënten gebruikt zullen worden voor het beantwoorden van onderzoeksvraag 2: wat zijn de risk en need kenmerken van de ForFACT populatie van vier forensische poliklinieken? Onderzoeksvraag 3 is een verdieping van het FARE onderzoek: deze aanvraag is dan ook hierop gericht. De onderzoeksvraag die dit betreft luidt: Wat zijn responsiviteitskenmerken van de ForFACT populatie van vier forensische poliklinieken?
Doel onderzoek:
Inzicht in de het risiconiveau, de criminogene behoeften en de responsiviteitskenmerken van de for FACT populatie met het uiteindelijke doel de behandeling beter af te laten stemmen op de RNR principes van deze (deel)populatie.
Centrale vraagstelling en deelvragen:
Wat zijn responsiviteitskenmerken van de ForFACT populatie van vier forensische poliklinieken?