Aanleiding:
De inzet van technologie biedt vele mogelijkheden voor de geestelijke gezondheidszorg, waaronder meer regie en toegankelijkheid voor cliënten door middel van zelfmanagement, en meer focus op preventie door een vroegtijdigere aanpak. Zo kan de zorg beter aansluiten bij de behoeften van de cliënt en kwalitatief hoogwaardig blijven, ook bij een landelijk groeiende vraag. Langzaamaan neemt de inzet van ‘eMental health’ dan ook toe, met recent een grote boost ten gevolge van de COVID-19 maatregelen. Toch blijkt het op grote schaal implementeren van nieuwe technologische mogelijkheden in de bestaande GGZ-praktijk soms moeizaam: zo bestaat er onder professionals twijfel over de inzet van eMental health, en behoefte aan duidelijkere handvatten.
Doel:
In dit project zal onderzocht worden hoe we technologie beter kunnen laten aansluiten bij de GGZ-context, door bij de ontwikkeling van een nieuw behandelprotocol en nieuwe technologieën een essentiële waarde in de GGZ centraal te stellen: compassie (het herkennen en willen verlichten van lijden). In samenwerking met Dimence Groep en Minddistrict zal een nieuw evidence-based behandelprotocol ontwikkeld worden voor GGZ die ondersteund wordt door compassievolle technologie. Ook zal bestaande technologie voor de GGZ (bijv. een module in Minddistrict) herontworpen worden rondom de waarde van compassie. Ten slotte worden de acceptatie en effectiviteit van innovatieve technologie onderzocht, wanneer deze ervaren wordt als compassievol. Het uiteindelijke doel is om een overgang te faciliteren naar een duurzame GGZ die ondersteund wordt door technologie, waarbij alle relevante doelgroepen betrokken worden en de waarde compassie centraal wordt gesteld.
Methode:
Om hiernaar toe te werken zullen we gebruik maken van verschillende onderzoeks- en ontwerpmethoden, in samenwerking met onder andere therapeuten, cliënten en managers uit de GGZ-praktijk. Zo zal gebruik gemaakt worden van literatuuronderzoek, focusgroepen, interviews, observaties van de huidige werkwijze, co-design bijeenkomsten, vragenlijsten, en onderzoek naar gebruikersevaluatie.